De geschiedenis van het schansspringen wordt gekenmerkt door een opvolging van diverse technieken. Maar de echte revolutie binnen de sport heeft plaatsgevonden met de introductie van de V-techniek.
Deze methode, in 1969 uigevonden door de Pool Miroslaw Graf, werd lange tijd in twijfel getrokken, voordat de Zweed Jan Boklöv er in 1985 een populaire techniek van maakte. De schansspringer werd spontaan door de wind gedwongen om zijn ski's te spreiden in een soort V-vorm. Zo bleef hij zweven en landde daarmee 20 meter verder dan bij zijn vorige sprongen.
De onverslaanbare V-style van de Zweed, die de luchtstroming met 28% verbeterde en de afstandwinst met 10%, werd steeds vaker gebruikt. Tijdens de Olympische Winterspelen van 1992 in Albertville werd de techniek dan ook toegepast door alle medaillewinnaars!