Chapelle Sainte-Philomène

Deze kapel werd in 1835 gebouwd door Abbé LOUVRIER
Aangrenzend aan de meisjesschool, vandaar de toewijding aan de heilige Philomena, die volgens de legende op vijftienjarige leeftijd de marteldood stierf.
Een inscriptie "Filumena" (getranscribeerd als Philomena) werd genomen als de naam van de begraven persoon, die zelf in het enthousiasme van de tijd werd geïdentificeerd als een jonge maagd en martelares, hoewel er geen historische zekerheid is. Een foto van deze jonge vrouw hangt aan de muur van het koor.
In 1845 deed de Hospitaalraad een beroep op de architect Pompey (bekend in de streek) om de kapel te vergroten en uit te rusten met een belfort.
De burgemeester de heer ROBBE en de raadsleden stemmen voor het project.
Het akkoord van de prefect kwam in augustus 1847.
Naast de klokkentoren omvatte de raming een biechtstoel, een communietafel, de restauratie van het altaar, de doopvonten, het houtwerk, de koorstoelen en een toegangsdeur.
De hoeken van het gebouw zullen moeten worden hergebruikt in het metselwerk.
Het bedrag van de uitgaven 6 231,94 francs.
De aangewezen aannemers zijn Vuillamier van Pontarlier; Paquette van de Hôpitaux-Neufs en Lanquetin van Longevilles.
Het werk werd voltooid en op 9 maart 1847 door de prefect goedgekeurd.
In 1933 hebben de glas-in-loodramen en de oculus van de galerij van de hand van de meester-glasblazer uit Nancy, Joseph Benoit, het gebouw prachtige kleuren gegeven.
S: ADD-reeks M (3 en 7)